✅ Hét baby-event  ✅ +350 merken ✅ Gratis masterclasses
logo
borstvoedingshoudingen uitgelegd

Verschillende borstvoedingshoudingen uitgelegd

Borstvoeding geven is voor veel ouders een bijzondere ervaring. Toch gaat het niet altijd vanzelf. Een goede houding kan het verschil maken. Niet alleen voor de moeder, maar ook voor de baby. Het helpt bij goed aanleggen, zorgt voor comfort en voorkomt pijn. Er zijn verschillende borstvoedingshoudingen om uit te proberen. Elke houding biedt voordelen en past beter bij bepaalde situaties of voorkeuren. 

In dit artikel lees je welke houding je kunt kiezen, wat ze praktisch inhouden en voor wie ze fijn zijn. Ook worden de voor- en nadelen per houding toegelicht. 
 

Waarom een goede houding belangrijk is

Een goede borstvoedingshouding ondersteunt het natuurlijke proces van aanleggen. Als je baby goed ligt, kan hij beter drinken, slikken en ademen. Jij zelf hebt minder kans op klachten zoals pijnlijke tepels of verkrampte spieren. Bovendien kun je bij een goede houding vaak een hand vrij houden. Zo heb je wat meer bewegingsruimte of kun je bijvoorbeeld je baby ondersteunen zonder spanning in je schouders. 

Het uitgangspunt bij borstvoeding te geven is: zorg dat je comfortabel gaat rechtop zitten of ligt, en dat je baby goed aan de borst ligt. Er is niet één juiste manier. Verschillende houdingen werken voor verschillende situaties. Het is dus vooral belangrijk om te kijken wat goed gaat voor jou en je baby. 

 

1. Madonnahouding (traditionele houding) 

Je gaat rechtop zitten met je baby op zijn zij naar jou toe. Het hoofdje rust in de elleboog van de arm aan de kant van de borst waarmee je voedt. 

Voordelen: 

  • Bekende en vertrouwde houding
  • Stimuleert oogcontact en hechting
  • Comfortabel bij oudere baby’s 

Nadelen: 

  • Minder controle over het hoofd van je baby bij pasgeborenen
  • Niet altijd geschikt voor moeders met grote borsten of bij aanlegproblemen 

 

2. Doorgeschoven houding (cross-cradle hold) 

Je zit rechtop en ondersteunt je baby met de tegenovergestelde arm. Je hand ligt achter baby zijn hoofdje. 

Voordelen: 

  • Veel controle over het hoofdje
  • Helpt bij goed aanleggen
  • Handig in de eerste dagen na de bevalling 

Nadelen: 

  • Minder ontspannend, vaak beide handen nodig (tenzij je daarna overpakt in de madonna houding)
  • Minder geschikt bij rug- of schouderklachten 
     

3. Rugbyhouding (onder de arm door)

Je houdt je baby onder je arm, met het hoofdje ter hoogte van je borst. De beentjes wijzen naar achteren. 

Voordelen: 

  • Fijn bij keizersnede of grote borsten
  • Biedt veel zicht op het aanleggen
  • Goed voor tweelingvoeding 

Nadelen: 

  • Minder natuurlijk gevoel voor sommige moeders
  • Meer ondersteuning en kussens nodig
  • Minder geschikt voor grotere kinderen 
     

4. Liggende houding (op je zij) 

Je ligt op je zij met je baby ook op zijn zij, buik tegen buik. De baby ligt op jouw hoogte. Bied de tepel altijd ter hoogte van het neusje aan, zodat je baby zijn hoofdje iets naar achteren kan kantelen om goed aan te happen. 

Voordelen: 

  • Comfortabel voor nachtvoedingen
  • Fijn bij herstel na een zware bevalling 

Nadelen: 

  • Minder overzicht bij het aanleggen
  • Veiligheid vraagt extra aandacht (positie baby, omgeving) 

 

5. Biological nurturing (achterover leunen) 

Je leunt achterover en de baby ligt op je borst, met het hoofdje richting borst. De baby zoekt zelf de tepel. 

Voordelen: 

  • Stimuleert natuurlijke reflexen bij de baby
  • Ontspannend voor de moeder
  • Goed direct na de geboorte 

Nadelen: 

  • Minder bekend, vereist soms oefening
  • Niet altijd praktisch in het openbaar 

 

6. Koala-houding 

Je gaat rechtop zitten en je baby zit op schoot, met het gezicht naar jou toe. De baby is rechtop. 

Voordelen: 

  • Baby zit rechtop: goed bij reflux of oorproblemen
  • Geschikt voor oudere baby’s 

Nadelen: 

  • Vereist hoofd- en rompondersteuning bij jongere baby’s
  • Niet comfortabel bij langdurig voeden zonder steun 

 

Hoe kies je een houding die bij jullie past? 

De vraag welke houding het beste is, hangt af van meerdere factoren: jouw voorkeur, de leeftijd van je baby, hoe het aanleggen gaat, en of er medische redenen zijn om een bepaalde houding wel of niet te kiezen. 

Let tijdens het voeden op de volgende punten: 

  • Leg je baby altijd buik tegen buik
  • Zorg dat het hoofd van je baby in één lijn ligt met de romp
  • Houd het neusje vrij
  • De mond moet wijd open zijn en de kin raakt de borst
  • Je moet goed zien hoe je baby aanhapt
  • Let op slikgeluidjes: dan weet je dat het drinken goed gaat 

Voelen je tepels na de voeding pijnlijk of afgeplat? Dan is het mogelijk dat de houding of het aanleggen niet optimaal is. Blijft het pijnlijk, leg je baby dan opnieuw aan. Soms is alleen het eerste stukje even gevoelig, dat mag. 

Soms kan een kleine aanpassing al verschil maken. Vraag bij twijfel om hulp van een lactatiekundige of kraamverzorgende. 

Veelgestelde vragen over borstvoedingshoudingen 


Wat is de beste borstvoedingshouding voor een pasgeboren baby? 

Er is geen universeel beste houding. De doorgeschoven houding geeft veel controle en is daardoor vaak geschikt voor pasgeborenen. Ook biological nurturing kan helpen bij een goede start. 

Is borstvoeding geven liggend veilig? 

Ja, mits je goed op de veiligheid let. Zorg dat je baby niet kan wegrollen, dat er geen losse dekens in de buurt zijn, en dat je samen op een stevig matras ligt. 

Er bestaan verschillende borstvoedingshoudingen. De één is niet beter dan de ander. Wat telt, is dat het comfortabel is voor jou en dat je baby goed aan de borst ligt. Of je nu kiest voor de madonnahouding, de doorgeschoven houding, biological nurturing of een andere manier: het is de bedoeling dat jij en je baby zich goed voelen. Neem de tijd om te ontdekken wat bij jullie past. En weet: veranderen van houding mag altijd.