Borstvoeding kan veel vragen oproepen. Ga je borstvoeding geven? Hoe lang ga je borstvoeding geven? Hoe zit dat met kolven op je werk? En in de overload aan informatie is het soms ook lastig om te bepalen wat nu waar is en wat juist helemaal niet.
Hieronder een lijstje met 5 veel voorkomende feiten en fabels over borstvoeding.
1. Het geven van borstvoeding doet geen pijn
Feit! Het geven van borstvoeding hoort in principe geen pijn te doen. In het begin kan het soms wat gevoeliger zijn. Jij en je baby moeten wennen aan het drinken en hierdoor kan het borstweefsel wat gevoeliger zijn. Maar dit zal na een korte tijd zal dit afnemen. Als je wel aanhoudende pijn ervaart na of tijdens het voeden kan dit een andere oorzaak hebben. Raadpleeg dan een dokter of deskundige.
2. Je produceert meer melk als je grotere borsten hebt.
Fabel! Het hebben van grote of kleinere borsten heeft geen invloed op de hoeveelheid moedermelk die je produceert. Grote borsten bevatten namelijk niet meer melkklieren De hoeveelheid melk die je produceert is afhankelijk van drinkbehoefte van jouw mini en de opslagcapaciteit van je melkklieren. Met een kleinere cupmaat kan je je kleintje dus zeker genoeg voeding bieden.
3. Als je borstvoeding geeft ben je snel weer terug op je oude gewicht.
Feit! De meeste vrouwen zijn na hun bevalling nog iets zwaarder als voor hun zwangerschap. Onderzoekers hebben aangetoond dat je sneller terug ben op je oude gewicht wanneer je borstvoeding geeft. Dit komt doordat je tijdens het voeden hormonen aanmaakt die er voor zorgen dat je baarmoeder sneller krimpt. Natuurlijk blijft het alsnog persoonsafhankelijk hoe snel dit is.
4. Je krijgt hangborsten door borstvoeding
Fabel! Door je zwangerschap neemt het klierweefsel zich in je borsten toe. Dit gebeurt omdat ze zich voorbereiden op het geven van borstvoeding. Vaak voelen je borsten hierdoor ook wat pijnlijk en groeien ze 1 of 2 cupmaten. Wanneer je geen borstvoeding geeft of stopt met het geven van borstvoeding neemt het extra klierweefsel langzaam af. Hierdoor lijken ze in het begin wat slapper. Zodra de menstruatiecyclus weer normaal is en je zwangerschapshormonen je lichaam uit zijn zal het vetweefsel toenemen en worden je borsten weer even vol als vroeger.
5. Je moet letten op wat je eet en drinkt wanneer je borstvoeding geeft.
Feit en fabel! Zolang je gevarieerd en gezond eet kan je in principe alles nemen wat je wilt. Wel is het belangrijk dat je niet van een product heel veel neemt maar je alles met mate eet of drinkt. Van sommige producten of kruiden kan je baby misschien darmkrampjes krijgen, wanneer dit het geval is, is het slim dit weg te laten of te beperken. Daarnaast zijn alcoholische dranken niet goed.
Wanneer je vragen of twijfels hebt, is het slim om hulp in te schakelen van een lactatiekundige of het te vragen aan je kraamverzorgster.
Lees ook:
- 3 tips voor het geven van borstvoeding
- De lekkerste alcohol vrije wijn
- Een pure babykamer, tips en tricks